Getrouwd vóór 1 januari 2018?
De wetswijziging heeft mogelijk ook gevolgen voor uw huwelijksvermogen!
In een eerder bericht kon u lezen over de wetswijziging die van belang is voor diegene die ná 1 januari 2018 zijn getrouwd of een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan. Maar ook voor hen die vóór 1 januari 2018 zijn getrouwd of een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan heeft de wetswijzing gevolgen. De wetswijziging treedt namelijk onmiddellijk in werking. Daardoor gelden de nieuwe regels ook voor bestaande huwelijke en partnerschappen. Op deze directe werking van de wet zijn wel een paar uitzonderingen gemaakt. Een aantal regels zijn daardoor voor huwelijken en partnerschappen van vóór 1 januari 2018 niet veranderd.
Niet gewijzigd
Op een huwelijkse gemeenschap van goederen ontstaan vóór 1 januari 2018 blijft het uitgangspunt gelden dat alle goederen en schulden in de gemeenschap van goederen vallen. Daarnaast kunnen privé- en gemeenschapsschuldeisers zich nog steeds volledig verhalen op de goederen van de huwelijkse gemeenschap.
Wat wijzigt er wel?
Draagplicht schulden
Indien bij de ontbinding van de goederengemeenschap – zoals bij echtscheiding – niet genoeg gemeenschapsgoederen zijn om de schulden van de gemeenschap te voldoen, dan dragen de echtgenoten de schulden ieder voor gelijke delen. Dit was ook al van toepassing vóór 1 januari 2018, maar nu is het mogelijk dat de rechter van deze gelijke verdeling afwijkt. Daardoor kan het bijvoorbeeld zijn dat de ene (ex-)echtgenoot 80% van de schulden moet voldoen en de andere slechts 20%. Dit kan gebeuren indien de eisen van redelijkheid en billijkheid, mede in verband met de aard van de schulden, aanleiding geven voor deze afwijking.
Tot de wetswijziging werd slechts in zeer uitzonderlijke gevallen afgeweken van gelijke verdeling van de draagplicht. De wetgever heeft dat met deze wetswijziging willen versoepelen. Bijvoorbeeld voor het geval dat een echtgenoot veel schulden is aangegaan buiten medeweten van de andere echtgenoot of indien een echtgenoot schulden is aangegaan om onverantwoorde uitgaven te doen. Dit geldt slechts in de onderlinge verhouding. Schuldeisers hoeven zich van deze afwijkende draagplicht dus niets aan te trekken.
Ondernemers: redelijke vergoeding aan gemeenschap
Voor ondernemers verandert er nog meer. Als de onderneming buiten de gemeenschap valt, dan moet aan de gemeenschap een redelijke vergoeding worden voldaan voor de kennis, vaardigheden en arbeid die de echtgenoot-ondernemer ten behoeve van die onderneming heeft aangewend.
Dit geldt ook indien een onderneming op naam en voor rekening van een personenvennootschap (bijvoorbeeld een maatschap, v.o.f. of c.v.) of via een rechtspersoon (bijvoorbeeld een B.V. of N.V.) wordt uitgeoefend die buiten de gemeenschap valt in het geval de echtgenoot-ondernemer kan bepalen dat de winsten van die onderneming hem rechtstreeks of middellijk ten goede komen.
Op deze wijze wordt beoogd de gemeenschap (dus ook de andere echtgenote) tijdens het huwelijk te laten profiteren van de inspanningen van de echtgenoot-ondernemer.
Vragen of advies nodig?
Heeft u vragen over de financiële gevolgen van het huwelijk(svermogensrecht)? Wilt u bijgestaan worden in het afwikkelen van uw huwelijk, geregistreerd partnerschap of samenwoning? Of heeft u andere vragen gerelateerd aan het personen- en familierecht? Neem dan gerust contact op met mij of een van mijn collega’s.